Mensen van Mensink #2: Menno

‘Mensink is een verzameling vakmensen.’ Mooie woorden, maar wie zijn ze, waar zijn ze goed in en waarom doen ze wat ze doen? Kortom: wie zijn de mensen van Mensink? Het is de hoogste tijd voor antwoorden. Vandaag: Menno Nalis (42), maatvoerder.

Menno, hoe lang werk je al bij Mensink?

‘Twaalfenhalf jaar! Dat weet ik omdat ik net mijn jubileum heb gehad, inclusief fototaart.  Ik was 30 jaar toen ik bij Mensink kwam, daarvoor heb ik lang bij bij bouwbedrijf Besten gewerkt. Dat bouwbedrijf ging failliet en ik kende Gonard een beetje via mijn kameradengroep. Van het een kwam het ander. Mensink was in die tijd echt een boeren aannemer. Het was vrij en er werden veel grapjes gemaakt.’

Hoeveel mensen werkten er toen?

‘Twaalf geloof ik, er was veel saamhorigheid. Dat is er nog steeds, al is het anders nu het team vier keer zo groot is. Mensink is veel professioneler geworden en met de tijd meegegaan. Dat moet ook. Sander, Michel, Jurgen en Robin werkten er toen en werken er nog steeds, dat is wel mooi. Er is sprake van een vaste kern.’

Wat is de reden dat jij na al die jaren nog steeds bij Mensink werkt?

‘Ik ben ooit de bouw in gegaan omdat ik een buitenjongen ben. Mijn opa was timmerman en ik werk net als hem graag met mijn handen. De vrijheid in de bouw heeft me altijd aangesproken. Daarnaast is er veel veranderd, daardoor blijft het spannend. We bouwen nu met prefab wanden (elders gefabriceerde binnenmuren, red.), zijn redelijk ver met luchtdicht bouwen en passen steeds nieuwe en andere materialen toe. De woningen die we maken zijn daarnaast steeds mooier en kwalitatief hoogwaardiger geworden. Gonard vroeg een paar jaar geleden of ik maatvoerder wilde worden. Daar heb ik toen ‘ja’ tegen gezegd.’

'De bouw is veranderd. Een woning van A tot Z bouwen doen timmermannen niet meer. '

Je was ‘een beetje verzuurd’ schreef Gonard in zijn blog.

Lacht. ‘Dat is zijn kant van het verhaal. We hadden een meningsverschil over reiskosten. Ik had last van mijn knie, maar gaf dat geen rust en kreeg er meer last van. Zijn vraag kwam precies op het goede moment. Gonard zocht iemand die goed met gereedschap om kan gaan. Dat ben ik: ik onderhoud mijn spullen goed en als iets stuk gaat maak ik het zelf. Als maatvoerder ben ik hartstikke vrij en mijn werk is nog afwisselender geworden. Het was een goede oplossing voor de situatie, alles is goedgekomen.’

Wat doe je als maatvoerder?

‘Op basis van een referentiepunt, bijvoorbeeld een gebouw in de omgeving of buispaaltjes die de gemeente plaatst, zet ik allereerst het grondwerk uit met piketpaaltjes. Ik coördineer vervolgens het uitgraven van de fundering en bepaal of de ondergrond verbeterd moet worden. Daarna kom ik terug met mijn meetapparaat en bepaal ik de hoekpunten van de bekisting van de fundering. Als die klaar is teken ik de beganegrondvloer uit en als die gestort is de binnenwanden. Dan kom ik nog een keer terug voor de binnenwanden op de verdiepingsvloeren. Daarnaast maak ik alle meterkasten klaar. Kortom: ik zet de lijnen uit. Dat lijkt makkelijk, maar het heeft best wat voeten in de aarde. Mijn werk vormt de basis van iedere woning.’

Mis je het timmerwerk nog wel eens?

‘De bouw is sowieso veranderd. Een woning van A tot Z bouwen doen timmermannen niet meer. Daarbij heb ik al zoveel getimmerd in mijn leven, op een gegeven moment wordt het minder spannend. Af en toe moet je iets nieuws doen, wat dat betreft klopt het wel wat in Gonard’s stukje staat. En als je dan ook nog bij een bedrijf werkt dat met de tijd meegaat blijft het werk interessant, ook na 25 jaar. Veranderingen zullen blijven komen en dat is ook goed, er komen vanzelf weer nieuwe dingen op je pad. Als ik maar buiten kan blijven werken.’

Mensen van Mensink #1: Michiel

‘Mensink is een verzameling vakmensen.’ Mooie woorden, maar wie zijn ze, waar zijn ze goed in en waarom doen ze wat ze doen? Kortom: wie zijn de mensen van Mensink? Het is de hoogste tijd voor antwoorden. Vandaag: Michiel van den Berg (28), onze kersverse werkvoorbereider.

Michiel, hoe lang werk je al bij Mensink?

‘Even denken hoor… Ik was zestien toen ik hier kwam werken, dus dat is twaalf jaar. Meteen na mijn vmbo-3 opleiding ben ik gestart met de opleiding bij Bouwbasic, wat nu Bouwmensen heet. Ik werkte vier dagen in de week bij Mensink en ging één dag naar school, tot ik na vier jaar mijn diploma had.’

Waarom koos je voor het metselen?

‘Bij Bouwbasic vertelden ze me: timmeren leer je wel op de bouw, metselen moet je kunnen. Dat bleek ook, want na vijf jaar te hebben gemetseld begon ik steeds meer te timmeren, tot ik uiteindelijk voorman werd en een eigen bus had. Maar andersom kan ook prima. Dat is ook het leuke aan Mensink, iedereen heeft zijn specialisme maar we zijn multi-inzetbaar. Timmermannen metselen en metselaars timmeren. We doen het echt samen.’

Van wie heb je veel geleerd?

‘Van Patrick leerde ik timmeren. Hoe maak je een dak, compleet met hoek- en kilkepers? Van Aron leerde ik beter metselen en tegelen. Hij heeft me geleerd om secuur te blijven en te zorgen dat alles netjes opgelost wordt en kwalitatief goed is. En ik heb met Roy gewerkt, hij kwam van de grote bouw en leerde me de snelheid erin te krijgen. Dat bleek uiteindelijk ook een kwestie van je eigen ritme vinden. Je komt er vanzelf achter wat bij je past.’

'Iedereen binnen Mensink heeft zijn specialisme, maar we zijn multi-inzetbaar.'

Waarom wilde je ook timmeren?

‘Ik zocht uitdaging, wilde meer kunnen en mezelf verbreden. Dat ging eigenlijk vanzelf. Ik werkte samen met Patrick, hij was erg van: we beginnen ergens aan en maken de bouw af totdat alles klopt. Die benadering spreekt me erg aan en zo kom je automatisch met alle disciplines van bouwen in aanraking. Toen Patrick me had klaargestoomd werd ik voorman. Ik nam Gijs onder mijn hoede, die het stokje nu van mij overneemt. Zo geven we onze kennis en ervaring steeds door.’

Jij bent sinds kort werkvoorbereider. Vanwaar die keuze?

‘Een van onze werkvoorbereiders vertrok, er was een vacante positie. Ik heb altijd gezegd dat ik me verder wil verbreden. Bovendien ben ik een lange jongen, ik heb me altijd afgevraagd of mijn lichaam op de lange termijn geschikt is voor de bouw. Ik had de stap eigenlijk later in gedachten, maar dergelijke kansen komen niet vaak voorbij. Liever zo dan over een paar jaar naar een ander bouwbedrijf om daar werkvoorbereider te worden. Mensink bevalt me goed, als het hier kan dan liever hier.’

Wat ga je het meeste missen aan de bouw?

‘Werken met je handen, dat is waarom ik voor de bouw koos. Het geouwehoer met de jongens ga ik missen, net als lekker buiten werken. Maar gelukkig kan ik nog op zaterdag en in de avonden beunhazen. En die jongens blijf ik wel zien, voor sommigen bereid ik het werk nu voor.’

'Ik zocht uitdaging, wilde meer kunnen en mezelf verbreden.'

Waar moet je het meest aan wennen in je nieuwe functie?

‘Er gaat meer vooraf aan de eerste schop in de grond dan ik dacht. Er is best veel nodig om alles goed op papier te krijgen. Dat heeft wellicht ook te maken met de huidige crisis in de bouw. De schaarste heeft het niet makkelijker gemaakt.’

Wat wordt je grootste uitdaging als werkvoorbereider?

‘Het contact met klanten heb ik altijd uitdagend gevonden, al ging dat de laatste jaren, toen ik voorman was, veel beter. De eerste paar weken vond ik het lastig, maar nu ik de opdrachtgevers van de projecten die ik onder mijn hoede heb een beetje ken gaat het soepeler. Het is eigenlijk hetzelfde als buiten: je ouwehoert wat en dan komt een gesprek vanzelf op gang.’

Kun je al merken dat je minder breed geschouderd bent nu je weer binnen werkt?

‘Haha! Toevallig zei mijn vriendin het deze week. Zelf zie ik het nog niet. Als ik echt veel smaller wordt is de sportschool misschien niet overbodig. We zullen zien.’

Nieuwe werkwijze: vanaf nu flexibele prijzen

We zijn de grip op wat de markt doet kwijt. 

We gaan het anders doen. Noodgedwongen. Offertes die we opstellen zijn vanaf nu flexibel, het worden begrotingen. De reden: onvoorspelbare prijsstijgingen van bouwmaterialen. In de glazen bol kijken lukt niet langer, het risico alleen dragen is onverantwoord.

We schreven vorig jaar ook al over prijsstijgingen in de bouw. Door goed te anticiperen lukte het ons maar net om zwarte cijfers te schrijven over 2021. Nog geen jaar later is de markt de gekte voorbij. Prijzen van bouwmaterialen stijgen door – en niet zo’n beetje ook. Onze leverancier van bedekking voor platte daken belde: ‘Vanaf maandag wordt alles 15% duurder, en de maandag erop doen we er opnieuw 15% bij.’ Berichten zoals deze komen aan de lopende band binnen. Op een bouw in Deventer werken we samen met een bedrijf dat heipalen boort. Kort voor ze begonnen kwam de melding: ‘De palen zijn een euro per strekkende meter duurder geworden.’ Daar gingen weer honderden euro’s.

Sinds er een oorlog woedt in Oekraïne gaan de energieprijzen door het dak. Voor veel producten die we in woningen verwerken worden fossiele brandstoffen gebruikt. Olie voor isolatiematerialen, gas voor de hitte die nodig is om pannen en stenen te maken. De energieprijzen zijn mede bepalend voor de kostprijs van een huis. Leveranciers zijn logischerwijs niet langer bereid om prijzen voor een paar maanden vast te zetten en kunnen evenmin vertellen wat materiaalprijzen over een paar maanden, laat staan een jaar, zullen zijn. Het werkt van onderaf door. Net zoals de prijs van brood stijgt, omdat graan duurder wordt. 

We zijn de grip op wat de markt doet kwijt. 

De afgelopen vijf jaar zijn huizen vijftig procent duurder geworden. En sinds de oorlog in Oekraïne is de kostprijs voor een tussenwoning opnieuw met twintig procent omhoog gegaan (bron: Volker Wessels). Als we lijdzaam toekijken vreten we ons bedrijf langzaam op. Ons houden aan gemaakte offertes – berekeningen worden doorgaans één tot anderhalf jaar voor de start van de bouw gemaakt – betekent grote verliezen lijden. De marges verdampen dan waar we bijstaan: meijers hier, ruggen daar. Dat wat vorig jaar gebeurde, maar dan in veelvoud.

Vijf procent winst, dat is ons streven. We hoeven niet rijk te worden, maar willen mooie dingen maken met een gezond bedrijf. Vorig jaar lukte het een jaar niet, zoals het wel vaker niet lukte. Dat is spijtig, maar niet meteen rampzalig. Alleen: wat nu gebeurt is van een andere orde. ‘Sometimes you win, sometimes you loose’ gaat niet langer op. We kunnen het (ondernemers)risico niet langer alleen dragen.

Daarom gaan we het anders doen. Vanaf nu gaan we flexibele overeenkomsten aan met opdrachtgevers. We rekenen de bouw van een nieuwe woning, een verbouwing of een bedrijfspand nog wel door, maar genoemde prijzen worden stelposten. Zo’n begroting laat zien wat je huis kost als de schop nu in de grond zou gaan. Een indicatie dus.

De vraag die ongetwijfeld bij je opkomt is: ‘Welke zekerheden heb ik nog?’ Hier kun je van op aan:

  • We delen alles wat we weten, we zijn – zoals altijd – transparant.
  • We schuiven de pijn niet één op één naar je door. We willen dat de huidige situatie voor alle partijen dragelijk blijft. We accepteren dus ook dat vijf procent winst over 2022 een lastig verhaal wordt. Jouw (woon)dromen laten uitkomen en mooie dingen maken is ons hoofddoel.
  • Zo lang je wacht tot de schop in de grond gaat houden we je op de hoogte van eventuele prijsstijgingen.
  • Dit doen we voor grote kostenposten, zoals dakpannen, gevelstenen en gevelplanken. Over schroefjes die duurder worden doen we niet moeilijk, we zijn niet pietluttig. 
  • We bieden alternatieven. Zijn de dakpannen die je voor ogen had flink duurder geworden? ‘Kijk hier dan eens naar, deze zijn voordeliger en vallen wellicht ook in de smaak.’
  • Eventuele meevallers verwerken we uiteraard ook op de begroting. Zoals we al zeiden: het zijn zeer onvoorspelbare tijden. De oorlog in Oekraïne gaat vroeg of laat eindigen.

En bouwmaterialen alvast inkopen? Dat is geen optie, om meerdere redenen. Allereerst kunnen we de materialen niet kwijt op onze werf, bovendien zijn de meeste bouwmaterialen niet geschikt om lange tijd onverwerkt buiten te liggen. Tot slot laat de markt het niet toe: materialen zijn schaars en leveranciers doen er alles aan om hamstergedrag te voorkomen. De markt heeft behoefte aan stabiliteit. Hamstergedrag past daar niet bij.

We hopen op je begrip. Heb je vragen? Aarzel niet om contact met ons op te nemen.

CoBouw: “Bouwdirecteur Gonard Mensink timmert weer zelf”

‘De blogs van Gonard over hoe hij zich misbaar heeft gemaakt op kantoor en weer aan het timmeren is wekten de interesse van CoBouw. Ze waren wel eens benieuwd hoe Gonard dat nou heeft gedaan en hoe dat heeft uitgepakt voor hemzelf én voor het bouwbedrijf. Ton Verheijen van CoBouw ging met Gonard in gesprek en schreef daar in december onderstaand online artikel over. Ditzelfde artikel verscheen vorige week in de CoBouw krant.

Directeur is hij nog steeds. Toch zien zijn medewerkers hem nog zelden op kantoor. Gonard Mensink had er genoeg van. Hij maakte zichzelf overbodig op kantoor en ging weer buiten timmeren en zagen. En passant neemt hij acht leerlingen op sleeptouw.

Personeelstekort? Hoezo personeelstekort? Gonard Mensink (53) doet niet aan personeelstekorten. Ondernemers met een tekort aan personeel hebben feitelijk gewoon te veel werk. En dat is een direct gevolg van slecht strategisch beleid. Gonard: “Ze halen zich van alles op de hals en nemen tussendoor klussen aan die misschien niet helemaal bij het bedrijf passen. Dan trekt de economie aan en hebben ze te veel opdrachten. Doseren is de kunst.”

Tegendraadse meningen optekenen uit de mond van Gonard Mensink is niet moeilijk. Hij heeft, zeg maar, een abonnement op het onverwachtse. Dat begon al bij de start van zijn bedrijf in 1994. Gonard had geen ambities als aannemer. Hij wilde zijn vader achterna en boer worden. Dat lukte, maar het boerenbedrijf van zijn vader leverde niet genoeg geld op voor twee gezinnen. Daarom schreven hij en zijn broer Eerhard zich als aannemers in bij de KvK. Lange tijd gingen bouwen en boeren hand in hand. Tot 2011, toen het laatste vee uit de stallen verdween. Sindsdien bouwen ze fulltime, met Gonard voornamelijk op kantoor.

Mensink Bouwbedrijf (omzet: 12 miljoen euro) uit Broekland is goed in woningbouw voor particulieren, zowel nieuwbouw als renovatie. Op de website zien we wat dat oplevert met onder meer een 2018-versie van een jarenzeventigbungalow, een gerenoveerde Sallandse IJsselhoeve, energieneutrale woning in 2020-stijl en een vernieuwd grachtenpand in het centrum van Zwolle. Alles ziet er picobello uit, strak in de verf en met onberispelijke zichtlijnen.

Brandjes blussen

“Wij tekenen alles zelf”, aldus Gonard. “We zijn van nature nieuwsgierig naar hoe dingen mooier, beter, sneller en efficiënter kunnen. Aan de tekentafel, op kantoor en op de bouwplaats. Oké, we zijn geen James Watt of Leonardo da Vinci, maar we zorgen er wel voor dat we op tijd aanhaken als de knappe koppen van deze tijd iets nieuws uitvinden. We volgen de ontwikkelingen op de voet en kiezen het juiste moment om aan te haken. Voor de metselrobot is het nog te vroeg. Maar prefab-binnenmuren testen we al volop. En met 3D-brillen geven we klanten nog voordat de bouw begint een rondleiding door hun nieuwe woning.”

“Zolang ik op kantoor zit komen crises op mijn bureau terecht”

Hartstikke leuk allemaal. Maar achter de schermen is het gewoon buffelen bij Mensink: vroeg opstaan, geleefd worden door de mailbox, brandjes blussen en plooien gladstrijken. Hoe lang hou je dat vol? Gonard kwam er vorig jaar achter dat voor hem na een kwart eeuw de rek er een beetje uit begon te raken. Hij vertelt: “Hoe hard mensen ook hun best doen, zolang ik op kantoor zit komen crises op mijn bureau terecht want ik ben eindverantwoordelijk, achtervang en reddingsboei. Omdat het volume van ons werk en ontwikkelingen in de bouw zoals leveringsproblemen en prijsstijgingen zorgden voor problemen, werd het aantal dossiers me te veel. Ik ervoer stress.”

Geen geteut

Gonard Mensink heeft zijn werk op kantoor altijd als tijdelijk gezien: “Diep van binnen ben ik een buitenjongen.” Maar hij zat de hele dag naar dat schermpje te turen. Het was mooi geweest. Mensink zag nieuwe mogelijkheden en dit was het juiste moment. Investeringen in werkvoorbereiders en andere talenten hadden hun vruchten afgeworpen. En  door het vertrek van enkele collega’s zaten leerlingen buiten zonder leermeester. De planning stond vol en buiten kwamen ze handen tekort. Mensink voelde zich geroepen. Hij besloot zichzelf uit de organisatie te werken en “misbaar” te maken.

Sinds de bouwvak van 2020 is hij weer bouwvakker. Wat ontwerper (en mede-eigenaar) Marten Jansen samen met opdrachtgevers bedenkt, bouwt Gonard buiten met acht leerlingen. Momenteel maken ze een appartementencomplex boven een winkel in Raalte. Gonard zet de lijnen uit: “Ik doe eens wat voor en zaag en hamer vrolijk mee. Geen geteut hoor, aanpakken! Ze mogen bewijzen wat ze kunnen. Ik laat het ook zomaar mislukken, daar leren ze het meest van.”

Opleiden van jongeren is momenteel hard nodig. Gonard: “De pareltjes redden zich altijd wel. De meesten hebben wat meer begeleiding nodig. Ze hebben van huis uit misschien minder  meegekregen. Dan komt mijn rol als geroepen. Ik ben niet vergeten hoe het was toen ik zelf jong was. Ook ik had aandacht nodig en dat kost gewoon tijd. Opleiden duurt sowieso te lang en kost sowieso te veel. Maar als je het plezier erin weet te houden, en je verdient een paar centen, dan kom je er samen wel doorheen.”

Mentale stress

Vooralsnog trekt hij het prima. Zijn lichaam sputtert niet tegen en de mentale stress neemt af. Daarom weet hij het zeker: een bedrijf overeind houden is geen kwestie van gaten dichtlopen maar van jezelf overbodig maken. Zijn zoon heeft veel van zijn taken overgenomen en de  werkvoorbereiders zijn volgens hem “goed in vorm”. Ze brengen nieuwe energie. Met een schuin oog volgt hij nog hun verrichtingen en soms ziet hij ze tijd steken in de verkeerde dingen. “Ik laat het gaan.”

Van een plan naar een vernieuwd clubhuis

Wat ooit begon met ‘wat doen we toch met die lelijke hal en dat rare schuifraam met lamellen’, en vele gesprekken, tekeningen, lekkages en reparaties later, is er nu een clubhuis waar het goed toeven is. Een clubhuis voor de Sallandsche Golfclub. In haar eigen blad “de Eik” schreef de club over de verbouwing. Een mooi stuk over het proces en we voelden ons toch wel vereerd met de positieve vermelding. Lees het hele verhaal hieronder.

Op een herfstige woensdagmiddag in oktober is het nog zoeken naar de ingang van het clubhuis. In
de zomereditie van De Eik heeft onze architect Harry van ’t Hof de verbouwplannen toegelicht, voor deze wintereditie staat het bouwteam in de spotlights.

Vandaar de zoektocht naar de ingang, voor een interview: maar nee, een ingang is er nog niet. Althans, om binnen te komen moet je omlopen. De contouren van de toekomstige nieuwe entree tekenen zich al wel duidelijk af, net zoals de gemetselde bloembakken. Op moment van uitgave van dit blad zullen die gevuld zijn met aarde en beplanting. Het dak van zowel de stokkenloods als de winkel moeten nog onder handen genomen worden. De nieuwe, diepzwarte dakpannen liggen op de grond om op het dak gelegd te worden. Het geraamte voor de uitbreiding van de stokkenloods staat en de shop is al voorzien van een nieuwe glimmende verflaag.

Foto links Het bouwteam, van links naar rechts: Bart van Hees, Koos Slootweg en Jan Uittien

Het bouwteam
Even verderop zijn Jan Uittien en Bart van Hees druk in gesprek met Bram, de voorman van bouwbedrijf Mensink. We hebben in het clubhuis afgesproken en een moment later complementeert Koos Slootweg het drietal: zie hier het bouwteam van de Sallandsche! Aansluitend aan het bouwoverleg op vrijdag is dit interview gepland, en meteen het fotomoment op de bouwplaats met clubbladfotograaf Lucrees van Groningen. In december, wanneer het blad op de deurmat ligt, kun je zo nog eens terugkijken hoe het er toen uitzag. Met een drankje erbij gaan we in gesprek. Tweewekelijks bouwoverleg Het bouwteam van de Sallandsche werkt in goede sfeer samen. Ze vullen elkaar vanuit hun voormalige professie goed aan. Jan Uittien brengt zijn bouwkennis in, als oudaannemer, Koos Slootweg heeft voor een installatiebedrijf gewerkt, en Bart van Hees brengt de wereld in aan projectervaring vanuit zijn Shell-verleden. Voor het begeleiden van de bouw ontmoeten ze elkaar – naast de reguliere golfontmoetingen – in een tweewekelijks overleg met bouwer, installateur en/of schilder. Waar nodig komen ze op afroep naar de club.

"In deze tijd, dat een planning vaak lastig is door een tekort aan mensen en materialen, valt juist dat creatieve meedenken op."

‘Een fantastische aannemer’
Het drietal is zeer te spreken over de aannemer. Eenstemmig zijn ze in het predicaat dat ze Mensink geven, zonder dralen valt het woord ‘fantastisch’. Echte onverwachte zaken hebben zich gelukkig niet voorgedaan, dat scheelt natuurlijk. Het is fijn werken met een aannemer die meedenkt in oplossingen en initiatief toont. In deze tijd dat een planning vaak lastig is door een tekort aan mensen en materialen valt juist dat creatieve meedenken op. Aangevuld met Spekschate, het installatiebedrijf, en Wolters, de schilder, prijzen ze vooral ook de steun van Miranda van onze administratie. Zij is een topaanvulling als coördinator, ziet wat er moet gebeuren en is bereid om af en toe de handen uit de mouwen te steken. Of soms de verfbus op te pakken om de looproute groot op een triplex plaat te spuiten. Omlopen!

Wist je dat …
Onze bouwer Mensink tijdens de voormalige Rode Kruis golfwedstrijd een team gesponsord heeft? Op vrijdag 17 september organiseerde Stichting Deventer Bijzonder een sponsorgolftoernooi op de Sallandsche, een toernooi dat voorheen bekendstond als het Rode Kruis Golftoernooi.

Van een plan naar een vernieuwd clubhuis
Als ik vraag wat ze nu het beste uit de verf vinden komen, heeft elk van de drie zo zijn voorkeuren. Koos geeft aan dat het totaalplaatje voor hem belangrijk is, en de eenheid van het geheel. Entreeverbetering en de uitstraling naar de baan, somt Jan op, daar is hij trots op. Bart vult graag aan, hij roemt vooral de gezelligheid van de nieuwe veranda. In de aanloop naar de verbouwing is er genoeg reuring geweest, maar toen de verbouwing vorderde, draaide de publieke opinie veelal 180 graden. Vooral de enthousiaste reacties van leden die toch eerst wat sceptisch waren, raken de drie mannen. Ze hebben heel wat uurtjes geïnvesteerd in een project waar ze erg in geloven, en zijn zichtbaar blij dat het nu zo goed uitpakt.

"In de aanloop naar de verbouwing is er genoeg reuring geweest, maar toen de verbouwing vorderde, draaide de publieke opinie veelal 180 graden. "

Zonnepanelen, isolatie en lichtsensoren
Verschillende acties ter verduurzaming van het clubhuis zullen hun rendement gaan opleveren. Het plaatsen van zonnepanelen is er één van. Menig lid heeft al een keertje de zonnepanelen geteld op het dak. De te verwachten opbrengst van de zonnepanelen wordt nu geschat op een kwart van het gebruik van de club. Opmerkelijk is dat een van de grootverbruikers van energie de accu’s van de electrokarren zijn. Naast het plaatsen van panelen is het dak ook geïsoleerd. Dit zal naar verwachting een verdere besparing van het gasgebruik van 30% opleveren. Het plaatsen van lichtsensoren zal ook besparend werken. En loop je ’s avonds na een gezellige avond of een commissievergadering naar buiten, dan floept het licht aan en blijft minimaal een kwartier branden. Ook dit levert een kostenreductie op.

Fase 1 – Fase 2
Fase 2 omvat de uitbreiding van de kleedkamers, toiletgroepen, de vergader- en bergruimtes. Deze fase kan van start na raadpleging en toestemming van de Algemene Ledenvergadering. Tijdens de ALV (zie verslag pagina 6) geeft Bart van Hees als bestuurslid tekst en uitleg over de doorlopen eerste fase, en vraagt hij toestemming om door te mogen gaan naar fase 2. De tweede fase zal dan zijn doorstart vinden in november 2022. Een bewuste keuze, zodat pas na de zomerperiode de douches ontmanteld worden, om weer klaar te zijn voor gebruik bij de start van de competitie voorjaar 2023.

‘Hierna gaan we een huis bouwen’

Er zit een zwarte substantie op mijn handen en ik krijg het er niet af. Ik ben weer bouwvakker. ‘Wanneer kom je terug naar kantoor?’ vraagt mijn omgeving. Het is tegen beter weten in. Ik doe weer wat ik leuk vind, voel me goed en werk de stress hoopje voor hoopje mijn lichaam uit.

Met ‘Team Brent’ werkte ik aan een project boven een winkel in de Herenstraat in Raalte. Het resultaat: vijf nieuwe appartementen en acht timmermannen die uit hun schulp kropen. Ik word blij van fysieke arbeid en creëren, maar nog meer van jongelui die een ontwikkeling doormaken, zichzelf vinden en uiteindelijk volmondig zeggen: ‘Hierna gaan we een huis bouwen.’

'Laat ze het ergens anders maar leren.'

De basis voor succes is plezier. De daarvoor benodigde ingrediënten – sociaal aanhaken en zelfvertrouwen – staan alleen op gespannen voet met de cultuur op de bouw. De bouw, da’s hard: grote sterke kerels die doorgaans geen blad voor de mond nemen. Zo is het altijd geweest, het heeft z’n charme. Maar voor een zestienjarige BBL-leerling zonder al te veel handigheid geen gedroomde omgeving om snel te landen. Alsof je meteen in het eerste elftal moet presteren. Een knauw is snel uitgedeeld.

Mijn oom, die ook een bouwbedrijf had, zei altijd: ‘Laat ze het ergens anders maar leren.’ Ik hoor het nog steeds om me heen: we zijn druk en hebben nú handjes nodig. Meteen beloond worden, meteen resultaat, het lijkt de norm. (‘Je had het al klaar moeten hebben!’) Maar die norm dateert uit het tijdperk van mijn oom. De nieuwe wereld is geen wereld van winstmaximalisatie, maar van delen, van iets bijdragen. 

'Wekenlang zag ik hem stoeien, mijn oom zou hem al lang naar huis hebben gestuurd.'

In De Volkskrant las ik vol bewondering over Johan Middelkamp, directeur van Sallandse Wegenbouw in Haarle, met wie ik sinds kort zitting neem in de Bouwtafel Zwolle. In zijn bedrijf zijn uitvallers van het ROC welkom. Voor hem geen participatiegeld, maar een even heldere als simpele opvatting: ‘Dat jongeren hier gewoon mogen komen. En dat ze dan uiteindelijk een baan vinden of een opleiding.’ 

Waartoe zijn we op aarde? Die vraag kan iedereen voor zichzelf beantwoorden. Wat mij betreft probeer je de boel beter achter te laten dan dat je het aantrof. Met een bouwbedrijf doe je dat per definitie: we bouwen. Bij Mensink proberen we daarnaast geduld te hebben met nieuwe aanwas, we laten jongens niet vallen. Omdat we zo toekomstige voormannen ontdekken, maar nog meer omdat het een taak is, een vanzelfsprekendheid. 

Bij de bouw van de appartementen in Raalte heb ik van alles mis zien gaan. Geknooi met gipswandjes, gemartel met lewisplaatjes. Ik stuurde Sander naar een rustig hoekje en zei: ‘Probeer het maar, ga het maar doen.’ Wekenlang zag ik hem stoeien, mijn oom zou hem al lang naar huis hebben gestuurd. Maar hij bleef en zette door. Het kon hem iets schelen, hij wílde het kunnen. Na een paar maanden kreeg hij de slag te pakken.

'Wat erin zit komt er vanzelf uit. Vroeg of laat.'

Zoals Sander waren er meer: Lars, Brent, Stefan. De twee verdiepingen boven het winkelpand in Raalte groeide uit tot een veilige omgeving. Waar ben ik goed in? Hoe gedraag ik me? De jongens kweekten zelfvertrouwen, maakten kennis met de bouwcultuur (‘Hieperdekiep naar binnen met die koffie’), leerden dat ze bouwen voor de klant en niet voor de baas, groeiden in de breedte en toonden uiteindelijk ook interesse in die andere enge kerels van Mensink bouwbedrijf – en vice versa (‘Kan ik die een keer meekrijgen?’).

Is dit project verlieslatend, vanwege het betaalde leergeld? Het eerlijke antwoord is dat ik het nog niet precies weet en dat het geen ramp is als het zo zou zijn. Natuurlijk streven we naar zwarte cijfers aan het einde van het jaar, omdat we de tent anders zouden moeten sluiten, verder proberen we gewoon plezier te maken en ons oordeel uit te stellen. Wat erin zit komt er vanzelf uit. Vroeg of laat. Inmiddels is ‘Team Brent’ verder getrokken. We zijn bezig met het isoleren van het dak van een oude boerderij en werken aan de fundering van vijf nog te bouwen woningen in Deventer. En hierna? Hierna gaan we een huis bouwen.

Was ik nog maar zeventien

‘Je zou er bijna medelijden mee krijgen’, reageerde iemand op een van mijn blogs. Tja. Er was van alles aan de hand in 2021 en ik schreef er zo nu en dan over. Over de prijzen van bouwmaterialen, over leveringsproblemen en over personeel dat het elders beter dacht te kunnen krijgen. Dus een beetje medelijden lijkt me wel op z’n plaats. Maar niet heus: er viel genoeg te genieten. 

We bouwen – en dat geldt voor iedereen bij Mensink – omdat we iets willen betekenen voor anderen. Dat is de kern van het verhaal, de rest (techniek, materialen, etc.) is bijzaak. Over die bijzaken schrijf ik af en toe iets, omdat het me bezighoudt, en omdat jullie me niet geloven als ik steeds zeg hoe geweldig het allemaal is. (Daar staat LinkedIn al vol genoeg mee.)

Omdat het bijna kerst is en voor alle medelijders, dit zijn ze, mijn favoriete momenten van 2021:

Aan het begin van het jaar maakte ik kennis met een jongeman die een week kwam snuffelen (stage lopen). Aan het einde van ons gesprek zei hij. ‘Ik moest van mijn moeder zeggen dat ze jullie leuk vindt.’ Ik veerde op. ‘Ze volgt op sociale media alles wat jullie doen.’ Aha, dus we hebben fans! Hoogste tijd voor een meet en greet. Hopelijk in 2022, want we willen ons nieuwe kantoor inluiden en we bestaan al weer even 25 jaar.

Voor de bouwvak maakte ik mijn (hopelijk) laatste meters als werkvoorbereider. Met een echtpaar werd het nog even spannend. De een zei al eens over de ander: ‘Soms denk ik dat ik met een politieagent getrouwd ben.’ En toen ging er iets mis op de bouw. Ik voelde ogen op me gericht, moest met een oplossing komen. Vanuit mijn ooghoek dacht ik te zien hoe de man zijn mouwen opstroopte. Maar voor ik iets kon zeggen schoot de vrouw me te hulp: ‘Schat, wat Gonard nu gaat vertellen vind je gewoon goed!’ Ook deze keer losten we het samen op. Het komt altijd goed.

Daarna reed een stukadoor met zijn bus over de fiets van een leerling. Per ongeluk. ‘Wat is de schade?’ vroeg hij en hij gaf de jongen geld voor een nieuwe. Vervolgens vouwde hij het kromme stalen ros zo goed en kwaad als het ging in model. ‘Wat is de bedoeling?’ vroeg ik. Hij: ‘Deze fiets is voor die andere leerling van jullie. Die knul wil op vrijdag nooit patat halen omdat hij geen rijbewijs heeft. Dat is mooi opgelost zo.’ Voila, het zuiverende effect van een groep.

Na de zomer ging ik ‘naar buiten’, dus dat betekent de hele dag naar de radio luisteren. ‘Heb je ook nog wat anders?’ vroeg ik aan de timmerman die iedere dag naar Tukker FM luistert (en op vrijdag naar ‘een echte piraat’). Hij: ‘Bij klachten zet ik de radio altijd harder. En ik vind dit een klacht.’ Dus daar gingen we: oh was ik nog maar zeventien, dan zou ik je wat laten zien. Aan het einde van de week, op de dag van de piraat, kwam hij naar me toe: ‘Kan ik je niet ontslaan?’ Maar waarom dan, vroeg ik. ‘Ik vind dat je niet goed in de groep past. Zing eens mee, man!’

‘Ik ben niet handig,’ zei een hbo-stagiair van de tekenafdeling eerder dit jaar op mijn vraag wanneer hij nou eens meeging de bouw op. Toen hij klaar was met zijn opdracht vroeg hij of hij zijn volgende stage weer bij ons kon lopen, maar dan op de bouwafdeling. ‘Dat is goed,’ zei ik, ‘onder de voorwaarde dat je even de bouw op gaat.’ Inmiddels bouwt hij in ‘mijn’ team mee aan appartementen in Raalte. Laatste zei hij enthousiast: ‘Hierna wil ik een huis bouwen!’ Je hoeft niet handig te zijn, als je het maar wilt worden. Zes talenten haalden we dit jaar aan boord.

Van die talenten moeten we het hebben bij Mensink, maar op een dag ging zowaar de telefoon. Of we nog ervaren timmermannen zochten. ‘Kennen we elkaar?’ vroeg ik. ‘Nee,’ zei hij, ‘ik heb op internet een beeld gevormd van wie jullie zijn, wat jullie doen en hoe jullie met klanten omgaan. Bij zo’n bedrijf wil ik werken.’ Toen hij ophing bezocht ik onze pagina op bouwnu.nl weer eens. ‘Aha,’ mompelde ik. Inmiddels is hij in dienst. Blijkbaar hadden we onze karma-spaarkaart vol.

Kortom, er viel genoeg te genieten. We hebben gelachen en getimmerd. Jongens waar niemand een stuiver voor gaf ontwikkelden zich, er is meegezongen met smartlappen (‘Honkie tonkie pianissie op je sinaasappelkissie’) en bergen patat werden verorberd. We deden in oktober (net op tijd) met het hele team een gooi naar de snelste rondetijd bij Kartplaza en nu is het jaar alweer voorbij. De kerstborrel gaat niet door en achter het teamweekend in februari staat een groot vraagteken. Gelukkig is het op de bouw altijd feest.

Volgend jaar vrolijk verder. Namens iedereen bij Mensink wens ik je fijne feestdagen. Bedankt voor het lezen en tot in 2021, herstel: 2022. Gonard.

Timmermannen en metselaars gezocht, met of zonder ervaring

Mensink naar Porto
‘Waarom zetten we geen vacature uit?’ vroeg een collega laatst. Het antwoord: het levert doorgaans weinig op, want alle bouwbedrijven vissen in dezelfde vijver en er zwemmen steeds minder vissen. Goede mensen vinden we via via of leiden we op. Maar…
dat betekent niet dat goede vaklieden zich niet mogen melden. Graag zelfs! Daarom deze giga, allesomvattende, altijd geldende mega-vacature. Gezocht: vakmensen!

 

Zoeken we jou?

Voor gepassioneerde vaklieden met een wil om er iets moois van te maken is altijd plek bij Mensink. Zowel ervaren voormannen als talenten zijn welkom. We vinden het niet erg als je nog moet leren, met basiskennis en goede zin komen we een heel eind. Niet voor niets werken we met een poule van meer dan vijftien talenten, stuk voor stuk jongens waarin we geloven.

 

 
Wat kun je verwachten?

Werken bij Mensink betekent werken in een bedrijf dat volop in ontwikkeling is. In de afgelopen tien jaar zijn we gegroeid van een bedrijf met zo’n 30 medewerkers naar een bedrijf met meer dan 50 medewerkers. We hebben intrek genomen in ons nieuwe kantoor, ons terrein is opnieuw ingericht en we werken aan alle kanten hard om het de jongens op de bouw zo makkelijk mogelijk te maken. Daken timmeren we op voorhand in elkaar om ze vervolgens met een hijskraan op de plek te brengen en we maken gebruik van door robots gemetselde binnenmuren bij nieuwbouwwoningen. 

iPad op de bouw

Onze voormannen hebben een iPad met daarin alle informatie over een bouw. Bestellingen geven zij vanaf de bouwplaats via diezelfde iPad rechtstreeks door aan onze leveranciers. We gebruiken drones, doen aan 3D scanning, geven klanten via de VR-bril een kijkje in de toekomst en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Als bouwvakker bij Mensink ben je coördinator, maatvoerder, creatieveling en probleemoplosser in één. Je bent (of wordt) iemand die verstand heeft van luchtdicht bouwen, koudebruggen en triple beglazing met hielafdichting.

 

 

 
Polen, Spanje en Slovenië 

Daarnaast is Mensink een heel gezellig bedrijf. Ieder jaar gaan we met het hele team een weekend weg. In 2022 ging de reis naar Porto (Portugal), 2021 ging niet door vanwege corona, in 2020 waren we in Krakau (Polen), in 2019 op Fuerteventura (Spanje) en in 2018 Ljubljana (Slovenie). We kennen een lange historie van legendarische uitjes. Daarnaast ook de moeite waard: de biertjes op vrijdagmiddag, en de befaamde (en beruchte) bouwvak- en kerstborrels. O, en er werken inmiddels meer dan vijf vrouwen bij Mensink, wat wil je nog meer? 

Solliciteren

App of bel Gonard: 0653151875. Een keer binnenlopen mag natuurlijk ook. Er is koffie en soms ook bier (afhankelijk van het moment).

 

 
Verder lezen over Mensink Bouwbedrijf

Ontstaansgeschiedenis: Mensink zag het licht in 1994. Uit nood, want Gonard wilde eigenlijk boer worden. Maar het boerenbedrijf van zijn vader leverde niet genoeg geld op voor twee gezinnen en dus schreef hij zich samen met zijn broer Eerhard in bij de Kamer van Koophandel. Lees verder.

Projecten: we bouwen unieke, veelal vrijstaande huizen die we samen met de klant ontwerpen. We hebben geen catalogus. Omdat mensen nogal verschillend zijn, is het hoogst onverstandig, ook met het oog op jouw portemonnee, om twee keer hetzelfde huis te bouwen. Bekijk onze projecten.

 

Waarom Gonard na 20 jaar de hamer weer ter hand heeft genomen

Toen ik dit bedrijf in 1994 begon met mijn broer Eerhard had ik meerdere petten op: ik timmerde, plande wat, stuurde eens een factuur uit en toen er meer werk binnenkwam dan we aankonden, ging ik op zoek naar een eerste medewerker. In een paar jaar veranderde er veel en al snel belandde ik op kantoor – achter het scherm.

Acht jongens buiten en ik binnen: het was efficiënt, maar vooral kwetsbaar. En dus gingen we op zoek naar meer personeel.

Volume, dat was er nodig, want ooit zou ik…

Een televisie die altijd aanstaat

In 27 jaar is Mensink uitgegroeid tot een serieus bedrijf met meer dan zestig medewerkers en (in 2020) twaalf miljoen omzet. Een prachtig proces om leiding aan te geven, maar ook knalhard werken: vroeg opstaan, even werken in alle rust, een gezamenlijke bak koffie om 7 uur, de rest van de werkdag geleefd worden door mailbox, telefoon en allerhande vragen, om ‘s avonds – zodra iedereen naar huis is – verder te gaan met je werk.

Ik hoorde eens iemand zeggen dat een eigen bedrijf hebben qua intensiteit het best te vergelijken is met een televisie die altijd aanstaat. In het weekend zet je het geluid wat zachter, maar als het nodig is grijp je meteen naar de afstandsbediening.

‘Gevlucht’ de bouw op

Nu is werken toevallig mijn hobby, maar het werd steeds erger. Ik kan me nog een moment herinneren niet zo lang geleden waarop ik Joeri bij me riep.

‘Joeri’, zei ik. ‘Je moet me even helpen met tekenen, want als ik de muis vastpak begin ik te zweten en te trillen.’

Joeri duwde me aan de kant en regelde hetgeen ik niet voor elkaar kreeg binnen een paar klikken. Daarna ging ik weer verder: mailen, bellen, appen, brandjes blussen.

Maar nu ben ik gevlucht. Naar buiten. De bouw op.

Waarom? Het is nodig! Collega’s vertrokken en leerlingen zijn zonder leermeester komen te zitten. De planning staat vol en we komen handen tekort. Ik voel me geroepen. Samen met acht leerlingen (zie foto) bouw ik aan appartementen boven een winkel in de Herenstraat in Raalte. Ik zet de lijnen uit, doe eens wat voor en zaag en hamer vrolijk mee. Vooralsnog trek ik het prima, mijn lichaam sputtert niet tegen. De stress neemt bovendien af.

Reden twee voor mijn stap, en die is belangrijker: het kan, er is ruimte. Investeringen in werkvoorbereiders en andere talenten werpen hun vruchten af. Ik kan me vinden in de vergelijking met de televisie die altijd aanstaat, maar heb altijd gestreefd naar het moment waarop ik de televisie eens uit kon zetten. Ooit… Ik heb mijn werk op kantoor nooit anders dan iets tijdelijks gezien, want diep van binnen ben ik een buitenjongen. Het verhaal is immers bekend: ik wilde boer worden.

De afgelopen maanden is het aantal klappers op mijn bureau (bij wijze van spreken, want we werken papierloos) zienderogen afgenomen. Ondanks de tien extra huizen die we dit jaar bouwen.

Zou het dan toch?

De belangrijkste les

Met een schuin oog volg ik ondertussen de verrichtingen op kantoor. De eerste ochtend dat ik op de bouw ging werken was er geen filterkoffie gezet – dat deed ik namelijk altijd – en stond er een rij bij de automaat. Maar dat euvel was al op dag twee al verholpen. Mijn zoon heeft veel van mijn taken overgenomen en de werkvoorbereiders zijn goed in vorm. Ik ben misbaar en voel dat anderen opstaan en nieuwe energie brengen. Ik zie ook wel dat er soms tijd wordt gestoken in de verkeerde dingen, maar ik laat het gaan en loop niet langer in de weg.

Nu weet ik het zeker: een bedrijf overeind houden is geen kwestie van gaten dichtlopen maar van jezelf misbaar maken. De televisie staat nog altijd dag en nacht aan, maar ik geloof dat steeds meer me ontgaat. Jongens, waar ligt de afstandsbediening?

Astrid en Johan: ‘Alsof we de loterij hebben gewonnen’

In coronatijd bouwden Wout en Mees het huis van Astrid, Johan en hun kinderen aan de Malbergerweg tussen Deventer en Wesepe. De schuurwoning is inmiddels af en het gezin woont er goed en wel. Hoogste tijd voor een terugblik van Astrid en Johan op het bouwproces. 

‘We komen uit Montfoort, bij Utrecht, maar zijn al naar het oosten verhuisd toen de bouw nog moest beginnen. Gedurende de bouw verbleven we in twee verschillende vakantiehuisjes. Best pittig, ook vanwege corona, maar één van onze kinderen ging in september 2020 voor het eerst naar de middelbare school. We wilden voorkomen dat hij na een jaar al afscheid moest nemen van zijn nieuwe klas.

‘Het voordeel was dat we de bouw van dichtbij konden volgen. Vrijwel iedere dag zijn we op de bouw gaan kijken. Dat is niet alleen leuk, het zorgt er ook voor dat je gemakkelijk keuzes kunt maken en voorkeuren kunt doorgeven.’

Flexibiliteit en korte lijntjes

Toen het fundament eenmaal lag sloeg de twijfel toe over de indeling van de benedenverdieping. Die hal die we hadden getekend, was die wel nodig? Aanpassingen doorvoeren was geen probleem, want we waren op tijd. We hebben nu geen hal, waardoor de trap middenin de woonkamer staat. We zijn blij met die keuze, het voelt nu extra ruimtelijk.
‘Die korte lijntjes en flexibiliteit, die we trouwens tijdens het hele proces hebben ervaren, waren heel fijn. Alles kon, mits we het op tijd aangaven. Daarbij was de nauwe samenwerking tussen Marten en Mensink een voordeel. Die twee zijn op elkaar ingespeeld, dat merk je aan alles.’
 
‘Toen we klaar waren bij Marten en de plannen op papier stonden heeft Arjan van Mensink het stokje van hem overgenomen. Aan hem hadden we een goede. Arjan heeft oog voor detail is erg klant- en servicegericht, maar ook eerlijk en helder. Niets lijkt hem te veel.’
 

Leerpunt: ruimer plannen

‘Intensief was het ook. Mensink bouwde ons huis, maar dan ben je er natuurlijk nog niet. We hadden ervoor gekozen om de keuken en badkamer zelf te regelen met de door ons gekozen bedrijven. Die bedrijven komen uit de buurt en kennen elkaar – een bewuste keuze – maar dan nog moet je het allemaal op elkaar afstemmen. Als het een stokt, loopt het ander in de knel. Met name ten aanzien van de nutsvoorzieningen werd het nog even spannend. Maar Wout van Mensink bleef herhalen: alles komt goed. En hij kreeg gelijk. Drie dagen voor de keuken kwam zijn we aangesloten op water en licht. 
 
‘Achteraf gezien hadden we misschien iets minder krap moeten plannen, een jaar nemen in plaats van negen maanden. Maar het ligt achter ons nu. Het huis is af, we wonen er en zijn super blij met wat er is ontstaan. Het voelt alsof we de loterij hebben gewonnen.’