Bericht aan alle werkgevers van Nederland

Was het niet John F. Kennedy die zei: ‘Vraag je niet af wat het land voor jou kan doen, vraag je af wat jij voor het land kan doen.’ We zijn weer verdergegaan waar we waren gebleven, de bouwvak zit erop. Hup, aan de slag, handen uit de mouwen. De oudere generatie zet de knop zo weer om. De nieuwe generatie daarentegen…

Een tijdje geleden kreeg ik een vacature doorgestuurd van aannemersbedrijf Sietsema uit Uithuizen. Gezocht: ‘Timmerman/Timmervrouw’. Het bedrijf legt de rode loper uit voor nieuwe aanwas. Eerder weg omdat je naar een voetbalwedstrijd wilt? Een dagje eerder op vakantie omdat de aanbieding gunstig is? Onder werktijd je kind van schoolreis halen? Het is allemaal mogelijk bij Sietsema.

Ik kreeg jeuk van de advertentie, zoals ik de laatste tijd vaker jeuk krijg van vacatures.

Het valt me op dat bedrijven – in welke sector dan ook – steeds gekkere capriolen uithalen om mensen aan te trekken. Ik ben niet tegen flexibiliteit, integendeel. Maar niet voordat iemand zichzelf heeft bewezen. De volgorde is: verantwoordelijkheid nemen, vertrouwen krijgen. Alleen dan groeien talentvolle jongelui uit tot karakters, tot waardevolle krachten. Daar heb ik als werkgever wat aan, maar de werknemer zelf profiteert net zo goed. Niet alleen op de werkvloer, ook daarbuiten. Voor de hele maatschappij is het beter (voetbalclub, ouderraad op school, in de buurt, etc.).

Eigenlijk kunnen we het jongeren nauwelijks kwalijk nemen dat ze steeds vaker hun hand ophouden nog voor diensten bewezen zijn. Stagelopers worden met de auto gebracht door hun moeder, op social media zien ze filmpjes voorbij komen over ‘passief geld verdienen’ (‘Werk jij nog voor een baas? Je bent gek!’) en investeren in vastgoed. Ook een trend: jonge lui die te makkelijk en te veel geld krijgen van hun ouders. Tja… Dan begin je met een achterstand op de arbeidsmarkt.

In plaats van deze onrealistische toekomstbeelden te voeden (of ontkennen, ‘Het is de nieuwe tijd’) moeten wij, werkgevers van Nederland, in actie komen. Want goed werkgeverschap is ook: opvoeden, een waarheidsgetrouw beeld voorschotelen over wat het werkende leven inhoudt.

In de vakantie publiceerden we het verhaal van timmerman Robin Dollenkamp. Op dit moment bouwt hij een huis voor zijn gezin. Dat doet hij naast zijn werk. Op de vraag hoe hij dat volhoudt antwoordt Robin: ‘Het kost energie, dat is een feit. Maar het gééft ook energie. Mijn vrouw en ik hebben van te voren duidelijke afspraken gemaakt, want de kindjes vragen continue aandacht. Het klinkt stom, maar je moet je sociale leven tijdelijk aan de kant zetten, anders kom je er niet mee over. Dan wordt het een jarenproject en dat wil ik niet – ik wil tempo maken. Dat betekent: iedere avond aan de slag en ook op zaterdag en zondag.’

Over karakter gesproken. In een bijzin prijst hij de flexibiliteit bij Mensink. Niet nodig. Die flexibiliteit heeft hij, afgedwongen, verdiend. Jongens als Robin hoeven niet eens te vragen om een kind onder werktijd op te halen van schoolreisje. Dat regelen ze zelf wel. Die vrijheid hebben ze in de loop van de tijd gekregen en belangrijker: behouden – omdat ze er geen misbruik van maken. De banen zijn op zoek naar jou! lees ik overal. Maar wat hebben we eraan als medewerkers alleen komen halen? Wat heeft de medewerker daar aan? Hup, aan het werk!

Recommended Posts