Waarom wij zonder uitvoerders werken

'Middelmanagers geven bedrijven een gevoel van controle, maar het is een schijnveiligheid.'

Ik ben opgegroeid op de boerderij en hielp als dertien-, veertienjarige jongen mee op het erf en in de stallen. Mijn vader gaf me verantwoordelijkheid. Ik pakte dingen aan, zag het werk en ontfermde me over taken op het boerenbedrijf. Omdat de boerderij niet genoeg inkomsten genereerde voor meerdere gezinnen ging ik na mijn schooltijd werken in de bouw. Daar kwamen mijn werkervaring en zelfstandigheid goed van pas. Als ik aankwam op een klus zag ik wat er moest gebeuren, maakte een plan – ‘we gaan rechtsom’ – en ging aan de slag. Tot er een uitvoerder kwam kijken die zei: ‘Linksom, Gonard, we gaan linksom.’ 

Flexibel en oplossingsgericht

‘Waarom?’ vroeg ik. Maar het had geen zin. De uitvoerder was het zo gewend. Het bedrijf ging altijd linksom, dus nu toch zeker ook. Hij stapte in zijn auto en reed weg. Met tegenzin voerde ik zijn plan uit, een plan dat geenszins paste bij de bouwtechnische uitdagingen waarvoor ik stond. Het plezier verdween snel. ‘Hoe dom is dit?’ dacht ik bij mezelf. De uitvoerder had geen idee. Ja, de tekeningen lagen op zijn bureau, maar dat was iets anders dan het werk onder ogen krijgen. Ik liep op de bouwplaats, zag meer en wist meer. Na iets meer dan een jaar diende ik mijn ontslag in en begon voor mezelf.

Afgelopen jaar bestond Mensink Bouwbedrijf 25 jaar.

Een paar weken geleden raakte ik bij de oplevering van een verbouwde schuur/garage aan de praat met opdrachtgever Gerard van Zadelhoff, voormalig data center manager. Het zei dat het hem had verbaasd hoe flexibel en oplossingsgericht de jongens waren die het werk bij hem hadden uitgevoerd: ‘Ze waren op de hoogte van de afspraken die wij hadden gemaakt, maar maakten er helemaal hun eigen project van. Daarbij kwamen ze met goede oplossingen. Steeds vroegen ze: “Waarom wil je het zo hebben?” Het werkte, het liep gesmeerd en ik vond het mooi om te zien.’ 

Middelmanagers zorgen voor schijnveiligheid

We praatten nog een even door. Tot slot concludeerde hij: ‘Dat middenkader, daar moeten we vanaf. Ik heb er altijd in geloofd en zie nu dat het kan. Middelmanagers geven bedrijven een gevoel van controle, maar het is een schijnveiligheid. Als een uitvoerder in de bouw niet weet waaróm iets gedaan moet worden, gebeurt het niet goed. Jullie jongens zien het werk en blijven nadenken. Dat komt het resultaat ten goede.’

Onderweg naar huis dacht ik aan mijn eerste maanden in de bouw, aan het bedrijf met de uitvoerder die me vertelde dat ik linksom moest. In 25 jaar Mensink Bouwbedrijf heb ik nooit tegen een timmerman gezegd hoe hij zijn werk moet doen. Ik geloof in ruimte geven en loslaten. Zoals mijn vader me op de boerderij ook de ruimte gaf. (Wat we wél doen is terugkoppelen aan onze timmermannen of projecten binnen budget en tijd zijn afgerond. De Excel-sheet is voor het hele bedrijf inzichtelijk, met als gevolg dat iedereen ook op dat gebied zijn verantwoordelijkheid neemt.)

Drie keer minder kosten (en blije klanten, minder stress en werkplezier)

Dat het werkt, daar ben ik inmiddels van overtuigd. Dit is wat het ontbreken van middelmanagers/uitvoerders ons oplevert:

  • Werkplezier. Op kantoor geven we onze timmermannen de informatie die ze nodig hebben om aan de slag te gaan, daarna mogen ze er hun eigen project van maken. Dat motiveert. We geven onze jongens de vrijheid om klanten blij te maken.
  • Minder kosten. Ik hoef niemand aannemen die de hele dag rondrijdt en niets bijdraagt aan het eindresultaat.
  • Minder kosten. Omdat onze jongens actief nadenken en oplossingen bedenken die passen bij dat wat ze tegenkomen worden er minder fouten gemaakt. Dit scheelt kosten.
  • Minder kosten. Onze tevreden timmermannen zijn trouw aan het bedrijf, waardoor we minder tijd en geld hoeven te investeren in het aannemen en opleiden van mensen.
  • Minder stress. Ik hoef niet te duwen en te trekken, want onze timmermannen motiveren zichzelf. Het is immers hun project, ze willen dat het slaagt.
  • Blije klanten. Onze klanten ervaren het bouwen over het algemeen als leuk en prettig. Waarom? Omdat er weinig gedoe is. Een keer raden hoe dat komt…

Dank je wel Gerard van Zadelhoff voor het inzicht :).

Alles over ‘KGO’s’ tijdens informatieavond Rood voor Rood

'Zo nu en dan komen we iemand tegen die de boel moedwillig flest'

Voor antwoorden op alle vragen over de Rood voor Rood regeling organiseren ontwerper Marten Jansen en landschapsontwerper Harry ten Have twee informatieavonden. Het doel: meer duidelijkheid over de regeling die particulieren de kans geeft om een mooie plek in het buitengebied te bemachtigen. ‘Iedereen profiteert.’

 

De Rood voor Rood regeling stelt (voormalig) agrariërs in staat om zonder kosten af te komen van leegstaande schuren en stallen. Ter compensatie van onder meer de sloopkosten van agrarische gebouwen kan een bouwkavel worden verkregen. Op deze manier hopen de provincie Overijssel en gemeenten de snel opkomende leegstand van schuren en stallen aan te pakken. Alleen al in Overijssel gaat het om een totale oppervlakte van enkele miljoenen vierkante meters agrarische bebouwing. Ontwerper Marten Jansen, een van de twee initiatiefnemers: ‘‘De regeling is kansrijk voor zowel agrariërs als voor particulieren die een wens hebben om in het buitengebied te wonen. Al bestaat er veel onduidelijkheid over de regeling.’

‘Rood voor Rood brengt vraag en aanbod bij elkaar’

Daarom organiseren Jansen en landschapsontwerper Harry ten Have de informatieavonden, een voor agrariërs en een voor particulieren. Want hoe werkt de regeling in de praktijk? Wat mag er wel en niet? En hoe zit het met de sloopkosten? Ten Have: ‘Om een voorbeeld te geven: sloopmeters kunnen ook worden ingezet voor bouwkavels op andere locaties. Dat maakt het er niet overzichtelijker op. Marten en ik gaan uitleggen hoe het zit, want we hebben de afgelopen jaren meerdere Rood voor Rood trajecten begeleid. We zien veel potentie en willen onze kennis graag met geïnteresseerden delen.’

Volgens Jansen is de Rood voor Rood regeling de sleutel naar een leefbaar en aantrekkelijk buitengebied. ‘De uitdaging is aanzienlijk, want er is veel leegstand en die neemt alleen nog maar verder toe. Maar de oplossing is voorhanden. Rood voor Rood brengt vraag en aanbod bij elkaar en kent alleen maar winnaars. Veel mensen dromen van een mooie plek om te wonen in het buitengebied. En voor agrariërs en voormalig agrariërs is de regeling een aantrekkelijke manier om zonder kosten van oude stallen en schuren af te komen. Het landschap knapt er ook van op en dus profiteert iedereen.’

Landschappelijke inpassing

Uitdagingen zijn er desalniettemin genoeg volgens Jansen en Ten Have. Laatstgenoemde: ‘Het resultaat van de regeling moet een kwaliteitsimpuls zijn voor de groene omgeving, een KGO. Om dat te bereiken is een zorgvuldig plan nodig. Aan de hand van enkele praktijkvoorbeelden zullen Marten en ik laten zien hoe we dat in het verleden hebben gedaan. Want onze stelling is: mits zorgvuldig aangepakt biedt de Rood voor Rood regeling uitkomst voor zowel agrariërs als particulieren.’

Mits zorgvuldig aangepakt biedt de regeling uitkomst voor zowel agrariërs als particulieren.

De informatieavonden vinden plaats op dinsdagavond 29 september (voor agrariërs) en 6 oktober (voor particulieren), beide om 19.30 uur in Broekland. Aanmelden is gratis en kan via www.martenontwerpt.nl/workshops. De avonden bieden plek aan een beperkt aantal deelnemers, vinden plaats in de buitenlucht en zijn ‘corona-proof’.