Mensen van Mensink #23: Wout

Wout: ‘Na een dag school ben ik gesloopt, van dit werk krijg ik juist energie’

De mensen van Mensink: wie zijn ze, waar zijn ze goed in en waarom doen ze wat ze doen? Vandaag Wout (21), die ooit het plan had om niveau 4 af te maken vóór hij de bouw op ging. Dat liep anders.

Twee jaar werkt Wout nu bij Mensink, en hij is eenentwintig. Dat klinkt misschien normaal, maar naar bouwmaatstaven is het laat. Dat zit zo: na zijn middelbare school deed hij eerst mbo niveau 4, een BOL-opleiding tot uitvoerder. Dat betekende vijf dagen naar school. Godzijdank waren er stageperiodes. Hij stak zijn licht op bij Obdeijn, Hemeltjen en Mensink. ‘Alle drie totaal andere bedrijven. Bij Mensink voelde ik me thuis, al werd me ook duidelijk gemaakt dat ik eerst moest laten zien wat ik kon.’

Het mooiste wat er is

Gonard stuurde hem de bouwplaats op. Tot opluchting van Wout. ‘Echt wel. Zo’n hele dag achter de laptop, dat is niets voor mij. Na een hele dag op school ben ik helemaal gesloopt, van dit werk krijg ik juist energie. Lekker bouwen, lekker buiten.’ Zijn plan was: ik maak niveau 4 af en dan ga ik de bouwplaats op. Wás, want het liep anders. Terug naar school zag hij niet zitten.

In Zwolle ging hij om tafel met zijn leraar en zei: bouwen is het mooiste wat er is. Vrijwillig deed hij een stap omlaag, naar niveau 2. Al kun je erover discussiëren of de term ‘omlaag’ wel past is in een tijd waarin ‘slim’ werk door computers wordt overgenomen en handige handen steeds gewilder worden. Als Wout vertelt over de stap die hij zette, begint hij spontaan te lachen. ‘Bouwen is fantastisch. Lekker bezig zijn iedere dag, iets maken met de handen. Ik vind het prachtig.’

Nu of nooit

Hij had het kunnen weten, want als kind was hij al zo. Altijd aan het knooien: helpen op de boerderij van een kameraad, carnavalswagens bouwen. Dus toen hij tegen zijn ouders vertelde dat hij verder wilde gaan op niveau 2 zeiden ze: je moet doen waar je gelukkig van wordt. Wout: ‘Ze hebben me altijd gesteund, daar heb ik wel geluk mee.’

Voorlopig wil hij lekker werken, ervaring op doen. Maar toch ook blijven leren. Inmiddels is hij bezig met de timmeropleiding niveau drie. ‘Dat gaat hartstikke mooi. Ik hoop voor de bouwvak klaar te zijn. Ik denk ook wel dat dat gaat lukken.’ Wat hij hierna gaat doen aan opleiding weet hij nog niet, maar hij gaat door. ‘Ik denk iets in de avond, zodat ik vijf dagen kan blijven werken. Het is nu of nooit. Als je eenmaal stopt, ga je niet zo snel meer terug de boeken in.’

Een ervaringsvak

Hij wil zorgen dat hij iets achter hand heeft, voor het geval het lichaam later niet meer wil. ‘Je weet niet hoe je er voor staat over dertig jaar.’ Wat hij precies achter de hand wil hebben weet hij niet. Ja, iets in de bouw. Maar verder: geen idee. Calculator? Zou kunnen. Zijn vader werkte als financieel boekhouder in de bouw. Geen verkeerd beroep, vindt Wout. ‘Maar iets anders kan ook, ik heb me er nog niet in verdiept. Ik zie het wel.’

Eerst maar eens volwaardig timmerman worden. ‘Luuk, met wie ik nu samenwerk, is verder dan ik. Het denkwerk gaat bij hem sneller.’ Al zou Wout zich alleen redden als het echt nodig is. ‘Ja, dat denk ik wel. Met een hoop bellen naar kantoor, dat wel. Ik ben iemand die liever een keer vaker vraagt dan dat ik zo maar iets ga doen. Uiteindelijk is elke woning weer nieuw, maar hoe meer ervaring je hebt, hoe sneller je de puzzel legt. ‘Bouwen is een ervaringsvak.’

Wout Mensen van Mensink

Knap getimmerde veranda

Om nog meer ervaring op te doen is hij nu ook iedere zaterdag bezig – en vaak ook nog ‘s avonds na werk. ‘Nu kan het nog. Ik woon nog thuis, in hotel Van Loon. Als ik zeg dat ik vanavond nog weg moet, staat het eten straks klaar als ik thuis ben. Ongelooflijk eigenlijk.’ Zijn ouders krijgen er wel een knap getimmerde veranda voor terug. ‘Dat wel. Daar ga ik ze natuurlijk niet voor laten betalen. Ik vind het mooi om aan ze te laten zien wat ik nu kan en doe.’

Recommended Posts