Ik begin te voelen dat ze me niet meer nodig hebben

Gonard Mensink tijdens jubileum

Ik begin te voelen dat ze me niet meer nodig hebben

Het laatste weekend van de kerstvakantie. In de auto terug naar huis las ik een bericht in de Mensink-groespapp. Van Aron, die ooit metselaar was, daarna timmerman, en nu ‘chef buiten’. Hij liet aan de hele kluit weten wie waar diende te verschijnen op maandag. Het was een planning, een duidelijke, terwijl ze mij niets hadden gevraagd. Ik leunde achterover. Tegen mijn vrouw mompelde ik in de auto: ‘Ik denk dat het gaat lukken.’

Een nieuw kunstje proberen

Dertig jaar geleden startte ik met mijn broer een bouwbedrijf. We waren jong en naïef. Het duurde niet lang voor we met een man of tien waren. Terugblikken doe ik later nog wel eens, maar heel kort: het was een mooie tijd, want we waren efficiënt. Niets is fijner dan dat. Tot ik me realiseerde: mensen zijn afhankelijk van mij. Als mij wat overkomt zitten tien mannen, tien gezinnen, zonder inkomen. Ergens rond 2004, 2005 besefte ik: ik moet zien dat ik mezelf op termijn misbaar maak.

Een organisatie optuigen was sowieso nodig. Want alleen als je groeit, houd je mensen tevreden. Niemand wil een leven lang hetzelfde doen. Groeien betekent nieuwe uitdagingen aangaan, eens een nieuw kunstje proberen. Marten kwam, we gingen ontwerpen. We vonden een focusmarkt, namen nog meer mensen aan – and the rest is history (grapje). We hebben inmiddels een modern kantoor en zijn met een mannetje of zestig. Het Mensink Bouwbedrijf van toen bestaat niet meer.

Marten Jansen en Gonard Mensink tijdens jubileum

Verstandige keuzes

Maar daarmee was ik nog niet misbaar, terwijl ik de meeste piepers wel had gegeten. Sterker nog: toen het logische moment daar was, schoot ik in de weerstand. Onbewust. Ik had het zelf niet door. Ik keek naar mijn pa, Boertie, die 85 is en nog werkt. Waarom zou ik dat niet kunnen? Waarom zou ik eigenlijk? Stoppen bedoel ik.

Op andere momenten – tijdens vakanties meestal – zag ik wat aan het roer staan me heeft gekost. Beter gezegd: wat het ons heeft gekost. Jarenlang heb ik mijn vrouw en gezin tekort gedaan. Zo eerlijk moet ik zijn. Dat is me niet overkomen, ik heb daar bewust voor gekozen. Maar je bent nooit te oud om alsnog verstandige keuzes te maken. Als ik naar mijn werkende pa kijk, denk ik: zo wil ik oud worden. Maar als ik vervolgens naar mijn vrouw kijk, denk ik: ik kan het haar niet aandoen. Mijn dochter is in verwachting, als alles goed gaat word ik opa. Daarover heb ik altijd gezegd: ik ga één keer in de week oppassen.

‘Doe het maar niet’

Uiteindelijk was het mijn omgeving die me aan mijn eigen voornemen hielp herinneren. Op een dag begon de jonge garde gewoon ‘ouwe’ tegen me te zeggen. Zoals het hoort, stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren. Dankzij hen besefte ik drie, vier jaar geleden: ook al wil ik het misschien niet, ik moet de daad bij het woord voegen. En ik moet er snel mee beginnen, want de leiding overdragen is niet van de ene op de andere dag geregeld.

Tegen Tristan, mijn zoon, zei ik altijd: ‘Doe het maar niet.’ Het bouwbedrijf is mijn ding, ik heb het er altijd voor over gehad. Ik wilde niet dat hij zich verplicht voelde. Maar hij bleef zich melden, ging aan de slag met externe adviseurs en presenteerde op een dag zijn plannen aan Marten en mij. Ik zag hoe zorgvuldig hij te werk ging, wat me de geruststelling gaf dat de ‘ja’ zijn eigen keuze was. Voor Joeri, weliswaar geen familie, al voelt het soms wel zo, gold hetzelfde. Inmiddels is de aandelenoverdracht bijna voltooid. Met terugwerkende kracht worden Tristan en Joeri per 1 januari 2024 eigenaren van Mensink.

Tristan en Joeri nemen aandelen Mensink over

Woorden inslikken

Maar nog belangrijker dan de administratie: ik begin te voelen dat ze mij niet meer nodig hebben. Tristan en Joeri laten de juiste dingen zien. Voor de fase waarin Mensink is aanbeland – expansie, optimalisatie – zijn zij beter uitgerust. Hallo school! Ze worden bovendien goed ondersteund door een heleboel mensen. Zo droeg ik de bouwplaatsplanning over aan Aron. Die stap bleek cruciaal, ik had het veel eerder moeten doen.

Tja, en nu? Toen ik dertig jaar geleden startte met mijn broer liep pa ons soms in de weg. Althans, dat vond ik. Ik heb me voorgenomen om dat niet te doen. Ik wil Tristan en Joeri niet afremmen in hun plannen. Loslaten is moeilijk, maar wel nodig. Als ik geen ruimte geef aan anderen word ik nooit misbaar. En dus slik ik mijn woorden soms in. Of loop ik weg, terwijl ik eigenlijk wel wil horen wat er gezegd wordt.

Niet te groot of te dik

Wie ben ik nog? Het is geen kleine vraag. De antwoorden zullen wel volgen. Aan mijn ego merk ik voorlopig weinig. Ik heb me altijd het liefst te midden van de kluit bewogen, als het even kon op de bouwplaats. Heb me nooit te groot of te dik gevoeld, met zweven heb ik niets. Jullie mogen me corrigeren, maar naar mijn weten heb ik me in al die jaren nooit als ‘grote jongen’ gedragen. Dat maakt het nu iets makkelijker, ik voel me niet geknakt. Maar dan nog: ik zal mezelf opnieuw moeten uitvinden.

Bent u er nog?

Ik zal stoppen. Met dit verhaal bedoel ik. Want geen zorgen, jullie zijn nog niet van me af. We gaan elkaar nog tegenkomen. Ik zal daar binnenkort eens iets over schrijven. Voor nu wens ik iedereen een mooi, innovatief en vooruitstrevend 2025!

Mensink bouwbedrijf 30 jaar